toedekte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- toe·dek·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
toedekken |
toedekte
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van toedekken
- ... dat ik toedekte.
- ... dat jij toedekte.
- ... dat hij, zij, het toedekte.
- ... dat ik toedekte.