toedachten
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: toedachten (hulp, bestand)
Woordafbreking
- toe·dach·ten
Werkwoord
vervoeging van |
---|
toedenken |
toedachten
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van toedenken
- ...dat wij toedachten.
- ...dat jullie toedachten.
- ...dat zij toedachten.
- ...dat wij toedachten.