tentamineer

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ten·ta·mi·neer

Werkwoord

vervoeging van
tentamineren

tentamineer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tentamineren
    • Ik tentamineer. 
  2. gebiedende wijs van tentamineren
    • Tentamineer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tentamineren
    • Tentamineer je?