telebankierden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- te·le·ban·kier·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
telebankieren |
telebankierden
- meervoud verleden tijd van telebankieren
- Wij telebankierden.
- Jullie telebankierden.
- Zij telebankierden.
- Wij telebankierden.