surtíamos

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
surtir

surtíamos

  1. eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van surtir
vervoeging van
surtirse

surtíamos

  1. eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van surtirse