spoorwegarbeiders
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spoor·weg·ar·bei·ders
Zelfstandig naamwoord
de spoorwegarbeiders mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord spoorwegarbeider
- ▸ Wij ingenieurs tekenden en rekenden, de spoorwegarbeiders bouwden.[1]
- ▸ Alle anderen bij de bouw wisten tenslotte dat hij Noors was — hoezeer hij zich ook had verzweedst, zoals ze deze mengtaal hadden genoemd onder de spoorwegarbeiders op de Hardangervidda, zodra hij zijn mond opende wist je meteen dat hij Noors was.[2]
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044625691
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142