sopesar
Uiterlijk
- so·pe·sar
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
sopesar |
sopesaba |
sopesado |
volledig |
sopesar
- overgankelijk het gewicht schatten
- afwegen, overdenken
- sopesar sus palabras
zijn woorden afwegen
- sopesar in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española