sluimerde in
Uiterlijk
- slui·mer·de in
vervoeging van |
---|
insluimeren |
sluimerde in
- enkelvoud verleden tijd van insluimeren
- Ik sluimerde in.
- Jij sluimerde in.
- Hij, zij, het sluimerde in.
- Ik sluimerde in.
- Het woord sluimerde in staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.