sloeg scheef
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sloeg scheef
Werkwoord
vervoeging van |
---|
scheefslaan |
sloeg scheef
- enkelvoud verleden tijd van scheefslaan
- Ik sloeg scheef.
- Jij sloeg scheef.
- Hij, zij, het sloeg scheef.
- Ik sloeg scheef.
vervoeging van |
---|
scheefslaan |
sloeg scheef