schroefde terug
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- schroef·de te·rug
Werkwoord
vervoeging van |
---|
terugschroeven |
schroefde terug
- enkelvoud verleden tijd van terugschroeven
- Ik schroefde terug.
- Jij schroefde terug.
- Hij, zij, het schroefde terug.
- Ik schroefde terug.