schertste
Uiterlijk
- scherts·te
vervoeging van |
---|
schertsen |
schertste
- enkelvoud verleden tijd van schertsen
- Ik schertste.
- Jij schertste.
- Hij, zij, het schertste.
- Ik schertste.
- Het woord schertste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.