scheefwoon
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: scheefwoon (hulp, bestand)
Woordafbreking
- scheef·woon
Werkwoord
vervoeging van |
---|
scheefwonen |
scheefwoon
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van scheefwonen
- ... dat ik scheefwoon.
vervoeging van |
---|
scheefwonen |
scheefwoon