Naar inhoud springen

roddelde

Uit WikiWoordenboek
Versie door HydrizBot (overleg | bijdragen) op 1 mei 2017 om 20:13 (Robot: opschonen van oude interwikilinks)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • rod·del·de
vervoeging van
roddelen

roddelde

  1. enkelvoud verleden tijd van roddelen
    • Ik roddelde. 
    • Jij roddelde. 
    • Hij, zij, het roddelde.