robustezcas

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
robustecer

robustezcas

  1. aanvoegende wijs tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van robustecer
  2. gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van robustecer