reorganiseerde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·or·ga·ni·seer·de

Werkwoord

vervoeging van
reorganiseren

reorganiseerde

  1. enkelvoud verleden tijd van reorganiseren
    • Ik reorganiseerde. 
    • Jij reorganiseerde. 
    • Hij, zij, het reorganiseerde.