renommeerden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- re·nom·meer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
renommeren |
renommeerden
- meervoud verleden tijd van renommeren
- Wij renommeerden.
- Jullie renommeerden.
- Zij renommeerden.
- Wij renommeerden.
Gangbaarheid
- Het woord renommeerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.