råder

Uit WikiWoordenboek

Noors

Woordafbreking
  • rå·der

Werkwoord

råder

  1. tegenwoordige tijd van råde
Synoniemen

Zelfstandig naamwoord

råder, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van råd (betekenis [B])
Synoniemen

Zelfstandig naamwoord

råder, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van råd (betekenis [C])

Zelfstandig naamwoord

råder, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van råde


Nynorsk

Woordafbreking
  • rå·der

Werkwoord

råder

  1. tegenwoordige tijd van råda
Synoniemen

Werkwoord

råder

  1. tegenwoordige tijd van råde
Synoniemen

Zelfstandig naamwoord

f, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van råd (betekenis [A])