puste
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pus·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
pussen |
puste
- enkelvoud verleden tijd van pussen
- Ik puste.
- Jij puste.
- Hij, zij, het puste.
- Ik puste.
vervoeging van |
---|
pussen |
puste