puncteerden

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  puncteerden    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• punc·teer·den

Werkwoord

vervoeging van
puncteren

puncteerden

1. meervoud verleden tijd van puncteren
   

   • Wij puncteerden. 
     
   • Jullie puncteerden. 
     
   • Zij puncteerden. 

Gangbaarheid

• Het woord puncteerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.