prendre la tête à
Uiterlijk
- verbinding van prendre, la, tête en à
prendre la tête à
- (spreektaal) het (iemand) lastig maken
- «Le prof, il m’a pris la tête parce que j’avais pas fait mes devoirs.»
- De leraar bleef maar aan mijn kop zeuren omdat ik mijn huiswerk niet had gemaakt. [1]
- «Le prof, il m’a pris la tête parce que j’avais pas fait mes devoirs.»
- (spreektaal) ergens meer dan genoeg van hebben
- «Il me prend la tête ce devoir de math, j’y bite que dalle!»
- Ik krijg koppijn van dat wiskundehuiswerk, ik snap er geen bal van! [1]
- «Il me prend la tête ce devoir de math, j’y bite que dalle!»