Naar inhoud springen

polderde

Uit WikiWoordenboek
Versie door DifoolBot (overleg | bijdragen) op 29 feb 2016 om 18:20 (audio nld, IPA nld)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pol·der·de

Werkwoord

vervoeging van
polderen

polderde

  1. enkelvoud verleden tijd van polderen
    • Ik polderde. 
    • Jij polderde. 
    • Hij, zij, het polderde.