Naar inhoud springen

poškodila

Uit WikiWoordenboek
  • IPA: /pɔʃkɔɟɪla/
  • po·ško·di·la

poškodila

  1. vrouwelijk derde persoon enkelvoud verleden tijd van het perfectieve werkwoord poškodit
  2. onzijdig derde persoon meervoud verleden tijd van het perfectieve werkwoord poškodit
  3. vrouwelijk enkelvoud actief deelwoord van het perfectieve werkwoord poškodit
  4. onzijdig meervoud actief deelwoord van het perfectieve werkwoord poškodit