pierce
Uiterlijk
- pierce
vervoeging van |
---|
piercen |
pierce
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van piercen
- Ik pierce.
- gebiedende wijs van piercen
- Pierce!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van piercen
- Pierce je?
- aanvoegende wijs van piercen
- Het woord pierce staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.