overwaardeert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- over·waar·deert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
overwaarderen |
overwaardeert
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overwaarderen
- ... dat jij overwaardeert.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overwaarderen
- ... dat hij overwaardeert.