Naar inhoud springen

overnoemde

Uit WikiWoordenboek
Versie door Snorrebot (overleg | bijdragen) op 28 okt 2019 om 13:07 (→‎top: vervoeging)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • over·noem·de
vervoeging van
overnoemen

overnoemde

  1. enkelvoud verleden tijd van overnoemen
    • Ik overnoemde. 
    • Jij overnoemde. 
    • Hij, zij, het overnoemde. 
  2. verbogen vorm van overnoemd, voltooid deelwoord van overnoemen