Naar inhoud springen

optrommelden

Uit WikiWoordenboek
Versie door Kvdrgeus (overleg | bijdragen) op 25 sep 2017 om 15:23 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{=nld=}} {{-pron-}} *{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}|nld}} <!--*{{WikiW|IPA}}: {{IPA|/xxxx/|nld}}--> {{-syll-}} *op·trom·mel·den {{-verb-|0}} {{ovt-mv-b...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • op·trom·mel·den
vervoeging van
optrommelen

optrommelden

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van optrommelen
    • ...dat wij optrommelden. 
    • ...dat jullie optrommelden. 
    • ...dat zij optrommelden.