oprennende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: oprennende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- op·ren·nen·de
Werkwoord
vervoeging van: | oprennen |
oprennende
- verbogen vorm van oprennend, het onvoltooid deelwoord van oprennen
vervoeging van: | oprennen |
verbogen vorm: | oprennendee |
oprennende