Naar inhoud springen

opkleed

Uit WikiWoordenboek
Versie door Kvdrgeus (overleg | bijdragen) op 3 mrt 2019 om 19:31 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{=nld=}} {{-pron-}} *{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}|nld}} <!--*{{WikiW|IPA}}: {{IPA|/xxxx/|nld}}--> {{-syll-}} *op·kleed {{-verb-|0}} {{1ps-bijz|opkleden...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • op·kleed
vervoeging van
opkleden

opkleed

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkleden
    • ... dat ik opkleed.