opeenvolgden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- op·een·volg·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
opeenvolgen |
opeenvolgden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van opeenvolgen
- ...dat wij opeenvolgden.
- ...dat jullie opeenvolgden.
- ...dat zij opeenvolgden.
- ...dat wij opeenvolgden.
Gangbaarheid
- Het woord opeenvolgden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.