opdient

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·dient

Werkwoord

vervoeging van
opdienen

opdient

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdienen
    • ... dat jij opdient. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdienen
    • ... dat hij opdient.