Naar inhoud springen

opbindt

Uit WikiWoordenboek
  • op·bindt
vervoeging van
opbinden

opbindt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbinden
    • ... dat jij opbindt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbinden
    • ... dat hij opbindt.