onderstreepten

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·streep·ten

Werkwoord

vervoeging van
onderstrepen

onderstreepten

  1. meervoud verleden tijd van onderstrepen
    • Wij onderstreepten. 
    • Jullie onderstreepten. 
    • Zij onderstreepten.