omhoogklommen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- om·hoog·klom·men
Werkwoord
vervoeging van |
---|
omhoogklimmen |
omhoogklommen
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van omhoogklimmen
- ...dat wij omhoogklommen.
- ...dat jullie omhoogklommen.
- ...dat zij omhoogklommen.
- ...dat wij omhoogklommen.
Gangbaarheid
- Het woord omhoogklommen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.