narcotizó

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
narcotizar

narcotizó

  1. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito indefinido) van narcotizar
vervoeging van
narcotizarse

narcotizó

  1. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito indefinido) van narcotizarse