nabourala
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /naboʊ̯rala/
Woordafbreking
- na·bou·ra·la
Werkwoord
nabourala
- vrouwelijk derde persoon enkelvoud verleden tijd van het perfectieve werkwoord nabourat
- onzijdig derde persoon meervoud verleden tijd van het perfectieve werkwoord nabourat
- vrouwelijk enkelvoud actief deelwoord van het perfectieve werkwoord nabourat
- onzijdig meervoud actief deelwoord van het perfectieve werkwoord nabourat