nařídili
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /nar̝iːdɪlɪ/
Woordafbreking
- na·ří·di·li
Werkwoord
nařídili
- bezield mannelijk derde persoon meervoud verleden tijd van het perfectieve werkwoord nařídit
- bezield mannelijk meervoud actief deelwoord van het perfectieve werkwoord nařídit