metamorfoseerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- me·ta·mor·fo·seer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
metamorfoseren |
metamorfoseerde
- enkelvoud verleden tijd van metamorfoseren
- Ik metamorfoseerde.
- Jij metamorfoseerde.
- Hij, zij, het metamorfoseerde.
- Ik metamorfoseerde.