meezonden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mee·zon·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
meezenden |
meezonden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van meezenden
- ...dat wij meezonden.
- ...dat jullie meezonden.
- ...dat zij meezonden.
- ...dat wij meezonden.
Gangbaarheid
- Het woord meezonden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.