meepakt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mee·pakt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
meepakken |
meepakt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meepakken
- ... dat jij meepakt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meepakken
- ... dat hij meepakt.
Gangbaarheid
- Het woord meepakt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.