měří

Uit WikiWoordenboek

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /mɲɛr̝iː/
Woordafbreking
  • mě·ří

Werkwoord

měří

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord měřit
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord měřit