lokalizovali

Uit WikiWoordenboek

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /lɔkalɪzɔvalɪ/
Woordafbreking
  • lo·ka·li·zo·va·li

Werkwoord

lokalizovali

  1. bezield mannelijk derde persoon meervoud verleden tijd van het (im)perfectieve werkwoord lokalizovat
  2. bezield mannelijk meervoud actief deelwoord van het (im)perfectieve werkwoord lokalizovat
Gelijkklinkende woorden