lekkerbekten
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- lek·ker·bek·ten
Werkwoord
vervoeging van |
---|
lekkerbekken |
lekkerbekten
- meervoud verleden tijd van lekkerbekken
- Wij lekkerbekten.
- Jullie lekkerbekten.
- Zij lekkerbekten.
- Wij lekkerbekten.
vervoeging van |
---|
lekkerbekken |
lekkerbekten