Naar inhoud springen

kruimelde

Uit WikiWoordenboek
Versie door Kvdrgeus (overleg | bijdragen) op 13 mei 2017 om 01:34 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{=nld=}} {{-pron-}} *{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}|nld}} <!--*{{WikiW|IPA}}: {{IPA|/xxxx/|nld}}--> {{-syll-}} *krui·mel·de {{-verb-|0}} {{ovt-enk|kruim...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • krui·mel·de

Werkwoord

vervoeging van
kruimelen

kruimelde

  1. enkelvoud verleden tijd van kruimelen
    • Ik kruimelde. 
    • Jij kruimelde. 
    • Hij, zij, het kruimelde.