kom achterom

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kom ach·ter·om

Werkwoord

vervoeging van
achteromkomen

kom (...) achterom

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van achteromkomen
    • Ik kom achterom. 
  2. gebiedende wijs van achteromkomen
    • Kom achterom! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van achteromkomen
    • Kom je achterom? 

Gangbaarheid