kickboks

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kick·boks

Werkwoord

vervoeging van
kickboksen

kickboks

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kickboksen
    • Ik kickboks. 
  2. gebiedende wijs van kickboksen
    • Kickboks! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kickboksen
    • Kickboks je?