kážeš

Uit WikiWoordenboek

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /kaːʒɛʃ/
Woordafbreking
  • ká·žeš

Werkwoord

kážeš

  1. informeel tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord kázat