Naar inhoud springen

inzetters

Uit WikiWoordenboek
Versie door Marcel coenders (overleg | bijdragen) op 20 mrt 2019 om 08:00 (Nieuwe pagina aangemaakt met '{{=nld=}} {{-pron-}} *{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}|nld}} {{-syll-}} *in·zet·ters {{-noun-|0}} {{noun-pl|inzetter}}')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·zet·ters

Zelfstandig naamwoord

de inzetters mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord inzetter
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=inzetters&oldid=3867142"