insuften
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·suf·ten
Werkwoord
vervoeging van |
---|
insuffen |
insuften
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van insuffen
- ...dat wij insuften.
- ...dat jullie insuften.
- ...dat zij insuften.
- ...dat wij insuften.
Gangbaarheid
- Het woord 'insuften' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.