immuniserende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- im·mu·ni·se·ren·de
Werkwoord
vervoeging van: | immuniseren |
immuniserende
- verbogen vorm van immuniserend, het onvoltooid deelwoord van immuniseren
Gangbaarheid
- Het woord 'immuniserende' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.