hineininterpretierde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hin·ein·in·ter·pre·tier·de

Werkwoord

vervoeging van
hineininterpretieren

hineininterpretierde

  1. enkelvoud verleden tijd van hineininterpretieren
    • Ik hineininterpretierde. 
    • Jij hineininterpretierde. 
    • Hij, zij, het hineininterpretierde.